FAQ Erkend Installatiebedrijf

FAQ Erkend Installatiebedrijf

Wanneer een bedrijf niet meer op de ledenlijst staat, kan het komen doordat deze niet meer aan de voorwaarden voldoet. Een veel voorkomende oorzaak van het verliezen van de VEB-erkenning is van de geldigheid van de verklaring van betrouwbaarheid.

Na het inloggen op de onze website kan je jouw gegevens raadplegen en nakijken. Zo kom je erachter wat er in jouw geval speelt.

Wij sturen onze leden ruim voor het vervallen van de verklaring van betrouwbaarheid een herinneringsmail. Hierin geven wij aan dat de verklaring van betrouwbaarheid of verklaring omtrent gedrag binnenkort vervalt.

Is jouw vraag nog niet beantwoord? Neem dan contact op met het secretariaat van VEB via: info@veb.nl

De VRKI is een landelijk vastgesteld meetinstrument om te bepalen hoe risico’s adequaat beveiligd moeten worden. Met de VRKI kan jij dit als vakman vaststellen. Beveiligen is tenslotte maatwerk.

Verzekeraars kunnen afwijken van de toepassing van de VRKI. Zij zijn individueel bevoegd om eigen eisen te stellen. Daarentegen stimuleert het Verbond van Verzekeraars de toepassing van de VRKI.

Een consument is niet verplicht om aan de hand van de VRKI te beveiligen. Alhoewel het wel verstandig is om dit te doen als dit een eis van de verzekeraar is. Adviseer als vakman de consument altijd om vooraf de verzekeringsvoorwaarden te raadplegen en een risicoanalyse uit te laten voeren.

Het afwijken van de verzekeringseis kan in overleg met de verzekeraar leiden tot een toename in de premie en/of het eigen risico. Het niet voldoen aan de verzekeringseis brengt het risico met zich mee dat de consument niet goed verzekerd is en eventuele schade niet uitbetaald krijgt.

Als de opdrachtgever ervoor kiest om niet volgens jouw advies te beveiligen, kan er worden afgeweken van de VRKI. Zorg dan wel dat de klant tekent voor het feit dat de klant afwijkt van jouw advies. Je geeft een opleveringsbewijs af met de door jou uitgevoerde maatregelingen.

Ja, dit is verplicht. Om de VEB-erkenning te behouden en/of te verkrijgen, is een jaarlijkse inspectie/coaching over opgeleverd werk benodigd.

Verzekeraars erkennen de door jou afgegeven kwaliteitsdocumenten. Daarnaast stellen zij dat, om de kwaliteit van VEB-leden te waarborgen, er een jaarlijkse inspectie/coaching nodig is. Wanneer jij deze inspectie/coaching niet toelaat, verlies jij je VEB-erkenning.

Zowel een VEB-erkend beveiligingsbedrijf als een BORG-erkend beveiligingsbedrijf werken overeenkomstig de VRKI en geven consumenten vakkundig advies over alle beveiligingsvraagstukken. Verzekeraars accepteren beveiligingsbedrijven die volgens de VRKI beveiligen.

Het verschil is dat bij BORG-E certificering de focus ligt op elektronische beveiliging. Bij de VEB erkenning ligt de focus op het gehele beveiligingsassortiment. Zo kunnen VEB-erkende beveiligingsbedrijven een totaal beveiligingsadvies overeenkomstig de VRKI aan de consument bieden.

Het kan voorkomen dat verzekeraars of assurantietussenpersonen niet op de hoogte zijn van het standpunt van Het Verbond van Verzekeraars: VEB en BORG zijn gelijkwaardig.

Het beveiligingscertificaten van VEB en BORG zijn in uitvoering van beveiligingsmaatregelen hetzelfde. Beide documenten geven aan dat er volgens de VRKI beveiligd is. De uitgevoerde beveiligingsmaatregelen zijn gelijk aan de geconstateerde risicoklasse van de VRKI.

In het geval dat de verzekeraar of een assurantietussenpersoon niet volledig op de hoogte is, neem contact op met ons secretariaat via info@veb.nl. Verzamel voor deze mail alle relevante gegevens: naam klant, polisnummer, eis van de verzekeraar en/of geldende verzekeringsclausule, naam van verzekeraar en/of tussenpersoon.

Het kan voorkomen dat verzekeraars niet op de hoogte zijn van het standpunt van Het Verbond van Verzekeraars: VEB en BORG zijn gelijkwaardig. De huidige maatstaaf is de VRKI, die door zowel VEB- als BORG-erkende beveiligingsbedrijven wordt toegepast.

In het geval dat de verzekeraar niet op de hoogte is, neem contact op met ons secretariaat via info@veb.nl. Verzamel voor deze mail alle relevante gegevens: naam klant, polisnummer, eis van de verzekeraar en/of geldende verzekeringsclausule, naam van verzekeraar en/of tussenpersoon.

De Rabobank is één van de verkoopkanalen voor o.a. verzekering van Interpolis. Interpolis accepteert VEB-kwaliteitsdocumenten.

Als er onduidelijkheid ontstaat met een medewerker van de Rabobank i.v.m. de VEB-kwaliteitsdocumenten, kan je de medewerker doorverwijzen naar de afdeling ‘Verkoopondersteuning’ van de Rabobank zelf.

De Rabobank heeft een speciaal ontwikkelde Interpolis website in “Brein” staan. Op deze website staat alle informatie over acceptatie VEB en de gelijkheid met BORG.

De nieuwe naam is VEB Opleveringsbewijs. Op verzoek van de verzekeraars is de naam VEB Opleverbewijs vervallen en heeft dit document met dezelfde betekenis als het BORG Opleveringsbewijs ook dezelfde benaming gekregen: VEB Opleveringsbewijs

Het verschil is dat bij een BORG-/VEB-beveiligingscertificaat alle beveiligingsmaatregelingen overeenkomst de geconstateerde risicoklasse van de VRKI zijn uitgevoerd. Bij een opleveringsbewijs is dit niet het geval.

PKVW staat voor Politie Keurmerk Veilig Wonen. PKVW richt zich op bouwkundige beveiliging bij particuliere woningen. Een alarminstallatie valt niet onder PKVW. Een projectontwikkelaar bouwt steeds vaker onder “PKVW”, omdat de eisen van een bouwvoorschrift overeenkomen met de eisen van PKVW.

Naast bouwkundige eisen, worden er extra voorwaarden gesteld:

Voorwaarde 1:
Alle deuren die toegang tot de woning kunnen verschaffen, zijn tenminste drie minuten inbraakwerend. Vanuit de woning kunnen bewoners zien wie er voor de voordeur staat.

Voorwaarde 2:
Ramen en ventilatieopeningen, die volgens de definitie ‘bereikbaarheid’ toegang tot de woning verschaffen, zijn tenminste drie minuten inbraakwerend.

Voorwaarde 3:
Kelderramen, luiken, lichtkoepels en dakramen, die volgens de definitie ‘bereikbaarheid’ toegang tot de woning kunnen geven, zijn tenminste drie minuten inbraakwerend.

Voorwaarde 4:
Deuren die toegang tot de woning kunnen geven en die zichtbaar zijn vanaf de openbare weg of vanuit andere woningen, zijn bij duisternis verlicht.

Voorwaarde 5:
Bewoners worden tijdig gealarmeerd als rook ontstaat.

Voorwaarde 6:
Bewoners worden voorgelicht over veilig gedrag.

Een PKVW-certificaat staat bouwkundig gelijk aan een VEB-opleveringsbewijs B1 + O1. De PKVW stelt daarnaast nog extra voorwaarden aan de aanwezigheid van rookmelders, de aanwezigheid van buitenverlichting bij opengaande deuren en aan veiligheid van de omgeving.

Zie de basisvoorwaarden van PKVW bij FAQ: wat is PKVW.

Elke vorm van beveiliging is zinvol. Als een klant alleen een camera wil en geen situatiegericht beveiligingsadvies, kan je deze klus uiteraard aannemen. Met dien verstande dat er niet volgens de VRKi is beveiligd.

De risicoklasse is de uitkomst van een beveiligingsanalyse met behulp van de VRKI. De beveiligingsklasse is de uitkomst van de werkzaamheden aangegeven in de VRKI; de O, B, E en R maatregelen. De beveiligingsklasse geeft een representatieve afspiegeling weer van het beveiligend vermogen van een object.

Het certificaat/opleveringsbewijs heeft standaard een geldigheid van één jaar na datum van afgifte. Wanneer er jaarlijks onderhoud aan de installatie wordt gepleegd, kan het document tot maximaal vijf jaar verlengd worden.

Er zijn branches waarbij een cao door het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid algemeen verbindend is verklaard (AVV). In ons vakgebied (Metaal en Techniek) is er een cao. Onder het cao Metaal en Techniek vallen vijf deel-cao’s:

  • Carrosseriebedrijven
  • De goud- en zilvernijverheid
  • Isolatiebedrijven
  • Metaalbewerkingsbedrijven
  • Technische installatiebedrijven

Het hangt van diverse factoren af welk cao verplicht voor jou is. Dit heeft te maken met jouw hoofdwerkzaamheden, de omzet, aan wie je levert etc.

Als je verplicht onder een cao valt, moet je de regels hiervan volgen. Wanneer jij dit niet goed regelt, kunnen er vervelende consequenties ontstaan. Als jij je niet aan de onderdelen van een cao houdt (bijvoorbeeld de pensioenregeling), kunnen er achteraf correcties en/of boetes komen.

De VEB adviseert je om hier extra aandacht aan te besteden. Jouw accountant of verzekeringsadviseur kan je meer over deze lastige materie vertellen.

Vanuit de overheid worden er wettelijke eisen gesteld aan bedrijven. De Risico-Inventarisatie en -Evaluatie (RI&E) is hier een voorbeeld van. De RI&E is een vereiste voor bedrijven die medewerkers in dienst hebben.

Voor het verkrijgen van een RI&E rapportage adviseren wij je contact op te nemen met jouw arbodienst. Of kijk op de website: http://www.rie.nl/informatie-voor-bedrijven.

Per 1 juli 2012 is de wet WAADI ( Wet Allocatie Arbeidskrachten Door Intermediairs) aangepast. Heeft dat voor jou gevolgen voor het in-of uitlenen van personeel of het samenwerken met collega bedrijven?

Raadpleeg de uitgebreide informatie op www.kvk.nl/waadi

Simpel gesteld kan worden dat deze wet pas geldt als de betreffende persoon of personen volledig aangestuurd worden door de  andere partij; degene aan wie wordt uitgeleend of met wie wordt samengewerkt. Die mag dan ook bepalen wat en hoe de uitgeleende kracht werkzaamheden uitvoert.

Je kan ook de WAADI check doen via de Kamer van Koophandel.

Op 1 juli 2012 trad de incassowet in werking.

De wetgever stelde toen nieuwe regels voor het in rekening brengen van buitengerechtelijke incassokosten op. Meer informatie leest u op: https://nvio.nl/wet-incasso-kosten-wik

Vertrouwelijke gegevens kunnen zijn: Klantgegevens, een offerte, een PVE, een checklist, het certificaat, een onderhoudscontract, een opdrachtbevestiging, tekeningen, beveiligingsplannen ed.

Tekeningen met het complete beveiligingsplan horen niet in een bouwkeet te worden opgehangen. Dit komt helaas nog steeds voor. Ook mogen deze gegevens niet op de werkplek voor het grijpen liggen. Gegevens in computers dienen beschikbaar te zijn achter een wachtwoord en bij voorkeur geen NAW-gegevens op de documenten maar deze bijvoorbeeld nummeren. Computers en of harde schijven bij voorkeur plaatsen in een compartiment met detectie of externe opslag.

Vertrouwelijke gegevens van klanten worden zelden gestolen uit het pand van de installateur, maar ze dienen niet rond te slingeren. Kies voor een voor jou praktische, maar doelmatige oplossing:

De VEB 4 schrijft het volgende voor:

Ten aanzien van de bedrijfshuisvesting dient het bedrijfspand, met de nadruk op dat deel waar de vertrouwelijke klantengegevens worden opgeborgen, beveiligd te zijn volgens de klasse van de geldende VRKI. Bedrijven moeten minimaal aan klasse 2 voldoen. 

Vertrouwelijke Klantgegevens:

De vertrouwelijke klantengegevens dienen te worden opgeborgen in minimaal een C/M1 compartiment. Een C1 compartiment kan een kast, kluis of een bouwkundig, verankerd compartiment zijn met een inbraakvertraging van 3 minuten.

Praktisch gezien kunt u kiezen uit diverse mogelijkheden.

– U koopt een kluis en stelt deze op een stevige ondergrond en verankert deze

– U bouwt een bouwkundig compartiment met minimaal een deur van hechthout minimaal 38 mm met hang en sluitwerk conform PKVW → ** R.

De VEB 4 regeling, net zo als de BORG regeling, voorziet nog niet in regelgeving omtrent Cloud . Formeel is dit ook niet toegestaan. 
De VEB doet er alles aan om de gesprekken over regelgeving in gang te zetten, want praktijk en regelgeving is niet voldoende op elkaar afgestemd.

De volgende richtlijn zal daarbij een uitgangspunt kunnen zijn. De leverancier van de cloudopslagdienst moet voldoen aan de volgende eisen: 

  • Het bedrijf dient te zijn gecertificeerd volgens ISO 27001
  • Het bedrijf moet een Nederlands bedrijf zijn volgens inschrijving KvK-
  • Het bedrijf moet aantoonbaar zorgen voor voldoende spreiding van gegevensopslag,  zodat de informatie bij een calamiteit ( bijv. brand ) niet verloren gaat.

Het is niet verplicht om leveringsvoorwaarden bij de KvK te deponeren.

Het is niet voldoende om de leveringsvoorwaarden uitsluitend te deponeren of op de website te vermelden. Deze moet noodzakelijk overhandigd worden aan de klant. Deze kan je wellicht bij de offerte voegen.

Laat jouw klant indien nodig mogelijk tekenen voor ontvangst of kennisname van jouw leveringsvoorwaarden.

Wil je leveringsvoorwaarden bij de KvK deponeren, dan lees je hier hun advies: http://www.kvk.nl/ondernemen/contracten-en-algemene-voorwaarden/algemene-voorwaarden/deponeren-van-algemene-voorwaarden/

De noodvoeding van een inbraaksignaleringssysteem is een accu. De tijd dat de accu energie levert om de gehele installatie operationeel te houden, is minimaal 12 uur.

Als een accu wordt geladen is de voeding op de aansluitklemmen 13,8V=.

Met een lagere voedingsspanning wordt rekening gehouden met een hogere temperatuur binnen de behuizing waarin de accu staat. Bij elke 5 graden Celsius hoger dan 20 graden moet de voedingsspanning van de accu 0,2 V lager worden. Bij elke 5 graden lager moet de spanning van de accu 0,2 V hoger zijn. Bij professionele voedingsapparatuur is een temperatuursensor ingebouwd die de voedingsspanning van de accu, afhankelijk van de omgevingstemperatuur van de accu, regelt.

Er moet voorkomen worden dat de voedingspanning van de accu te hoog wordt. Bij een te hoge voedingspanning veroudert de accu zeer snel. De capaciteit van de accu neemt af en in het slechtste geval ontstaat kortsluiting.

In alle voedingen is een instelbaarder aanwezig waarmee de spanning kan worden afgeregeld. Meet met een geijkte voltmeter op de klemmen. Een accu heeft bij ontlading een spanning van 10,5 V=. Bij deze spanning wordt de melding ‘accu alarm’ gedetecteerd. Diep ontladen van een accu (de accu is volledig leeg getrokken), verkort de levensduur met ca. 20%. Meerdere keren diep ontladen betekent dat de accu vervangen moet worden. Gebeurt dit niet, dan vraagt de accu zoveel energie van de voeding dat deze wordt overbelast.

Voor een accu zijn maximale laad- en ontlaadstromen van toepassing om een lange levensduur te garanderen. De maximale laadstroom is 20% van de capaciteit van de accu. Voor een accu met een capaciteit van 7 Ah is de maximale laadstroom dus 1,4 Ampère. De maximale ontlaadstroom is 10% van de capaciteit, of 0,7 A. De ontlaadtijd is de capaciteit 7 Ah gedeeld door de maximale ontlaadstroom 0,7 A = 10 uur.

Als voor een accu van 7 Ah een gangreserve van 12 uur gerealiseerd moet worden, is de maximale ontlaadstroom 7 A gedeeld door 12 uur is 0,58 A.

De capaciteit van een accu wordt uitgedrukt in Ah (Ampère uren). Het aantal Ah wordt bepaald door de te leveren stroom A, te vermenigvuldigen met de tijd (h) van de gangreserve.

Als de stroomopname van een inbraaksignaleringssysteem 0,7 A is en de gangreserve 12 uur, dan is de minimale benodigde capaciteit van de accu 0,7 A x 12 h = 8,4 Ah.

De accu moet na een netspanning uitval de totale inbraakbeveiliging installatie minimaal 12 uur operationeel houden. Dit wordt ook wel gangreserve genoemd.

Hieronder een aantal voorbeelden van het gemiddelde stroomverbruik van apparatuur (let op dit kan per fabrikant afwijken).

CCS – 11 mA
Codebediendeel – 80 mA
ATK – 100 mA
Pir – 25 mA
Air – 40 mA
Glasbreuk – 10 mA
Sirene – 200 mA
Optische flitser – 150 mA

De binnen sirene flitslamp moeten erbij opgeteld worden. Als dit niet gebeurt, wordt bij een alarm de voeding te zwaar belast om de gangreserve van 12 uur te kunnen halen.

Voor de gangreserve van de accu moet voor de sirene en flitslamp de tijd dat deze geactiveerd zijn, berekend worden. Als bijvoorbeeld een binnen sirene (3 minuten) en flitslamp (30 minuten) worden geactiveerd, dan is de capaciteit die de accu hiervoor moet hebben: 30 x 150 mA + 3 x 200 mA = 0,105 Ah.

Voorbeeld voor het berekenen van de accu capaciteit.
Als een inbraaksignaleringssysteem bestaat uit een CCS, ATK, twee bediendelen, vijf PIR’s en een sirene en een flitslamp, is de stroomopname volgens bovenstaande berekening:

CCS – 100 mA
ATK – 100 mA
2 bediendelen – 160 mA
5 Pirren – 125 mA
Totaal – 485 mA

De benodigde capaciteit van de accu is bij een gangreserve van 12 uur en een alarmtijd van de sirene van 3 minuten en de flitser van 30 minuten: 485mA = 0,485 A x 12 uur (h) = 5,82 Ah + 0,105 Ah voor de sirene en flitser is totaal 5,925 Ah.

Bij normaal bedrijf, belasting, spanning, juiste laad- en ontlaadstromen en een normale omgevingstemperatuur, is de levensduur van een accu ongeveer 4 jaar. Verstandig is om bij het plaatsen van een nieuwe accu met een permanente stift de plaatsingsdatum van de accu aan te geven. Zo kun je achteraf vaststellen hoe lang de accu operationeel was.

Een accu dient op een daarop afgestemde voeding te worden aangesloten. Als een accu met een te grote capaciteit op een te kleine voeding wordt aangesloten, duurt het te lang voordat een ontladen accu is geladen. Een accu met een grote capaciteit vraagt, als deze geladen moet worden, te veel stroom van een te kleine voeding. Hierdoor wordt deze voeding overbelast, de voedingsspanning en de stroomafgifte dalen, waardoor het inbraaksignaleringssysteem geen of te lage spanning krijgt. Ook zou de stroombegrenzer van de voeding het leveren van energie af kunnen schakelen. Hierdoor kunnen oneigenlijke alarmen ontstaan.

Vanuit het Bouwbesluit 2012 is geen enkele eis gesteld aan de opleiding van de installateur van een brandmeld- en ontruimingsalarminstallatie. Er zijn ook geen eisen gesteld aan het kwaliteitssysteem van het bedrijf (zoals erkenningen of certificeringen).

Ook als de installatie moet zijn voorzien van een inspectiecertificaat zijn er geen eisen aan de opleiding. De enige aan wie het Bouwbesluit in dit kader indirect eisen stelt (o.a. voor de opleiding en het kwaliteitssysteem) is de inspectie-instelling. Het advies, ontwerp, levering, installatie en onderhoud zijn “vrij”. 

Voor de volledigheid. Een bedrijf kan zich vrijwillig laten certificeren volgens de CCV schema’s voor het leveren, installeren en/of onderhouden van brandmeldinstallaties. In dat geval stelt het schema de opleidingseisen vast. Maar nogmaals, dat is een vrijwillige keuze van een bedrijf en geen wet.

De Wet PBR is voor de brandbeveiliging niet van toepassing.

De VRKI heeft aanvullende eisen gesteld wanneer gebruik wordt gemaakt van draadloze systemen.

VRKI:  6.3.3 Inbraaksignaleringssystemen bedraad of draadloos

Extra eisen bij toepassing van draadloze alarmapparatuur:

  • Bij aansluiting op een PAC is doormelding van de beheers- en communicatiemeldingen verplicht. De PAC moet op deze meldingen van een geactiveerd systeem reageren als bij een sabotagemelding. Er moet een schriftelijke overeenkomst met gebruiker en/of installateur zijn. Hierin is vastgelegd dat deze meldingen zo spoedig mogelijk aan klant en/of installateur worden doorgegeven om ervoor te zorgen dat zij adequate maatregelen treffen.
  • De levensduur van een batterij moet worden bepaald aan de hand van de te verwachten activeringen. Batterijen moeten van een door de fabrikant voorgeschreven type zijn. Een batterij “laag” signaal moet vooraf door het systeem lokaal worden aangeven. Indien de batterij niet tijdig wordt vervangen moet dit als laatste worden door gemeld naar de PAC.